Büttner hoeft niet lang na te denken over wie hij nog herkent. "Ja, dit was echt een leuk team en er zat ook best wat kwaliteit in, als je deze jongens zo ziet." De Achterhoeker was zelf ook al vroeg gezegend met een sterk linkerbeen. "Ik dribbelde veel, had een goede pass en een hard schot in mijn linker. Vandaar dat ik de bijnaam Koeman kreeg van mijn teamgenoten."
Overstap
De voetbalcarrière van de vleugelverdediger gaat nog iets verder terug. Büttner werd geboren in Doetinchem en begon zijn voetbalcarrière bij de plaatselijke V.V. Op tienjarige leeftijd maakte hij de overstap naar de jeugdopleiding van Ajax. "Ik kon naar veel clubs in de jeugd, maar als klein jongetje kies je dan al snel voor Ajax." Ondanks de afstand tussen Doetinchem en Amsterdam wilde Büttner per se thuis blijven wonen, omdat hij een familiemens is.
Vooral de band tussen de inmiddels 34-jarige voetballer en zijn vader is bijzonder. "Zonder mijn pa had ik niet bij Ajax kunnen spelen. Hij bracht mij altijd, ongeacht het tijdstip, naar Ajax. Dan vertrokken we thuis om zes uur in de ochtend en kwamen we om twaalf uur 's nachts pas thuis. We groeiden naar elkaar toe, ook omdat we samen het doel hadden dat ik profvoetballer zou worden." Daarnaast geeft Büttner ook aan dat zijn moeder erg belangrijk voor hem was, omdat ze altijd voor hem klaar stond en alle zaken thuis regelde.
Waar zijn vader een sleutelrol speelde in de jeugdjaren van Büttner, was ook zijn trainer in de C2, Arnold Mühren van onschatbare waarde voor de linksback. Niet alleen als leermeester op het veld, maar ook als vraagbaak. "Arnold praatte altijd heel veel met mij en hielp me altijd."
Büttner kon verder altijd rekenen op de hulp van mensen rondom Ajax. Zo geeft hij aan dat hij vaak bij teamgenoten mocht blijven slapen wanneer hij de tocht terug naar huis niet meer kon of wilde maken, zo ook bij het neefje van Arnold. "Ik sliep vaak bij Robert Mühren in Volendam wanneer ik moe was. Hierdoor ben ik goede vrienden met hem geworden."
Profvoetbal
Büttner maakte sowieso veel vrienden in zijn tijd bij Ajax, mede omdat een groot deel van zijn team ieder jaar bij elkaar bleef. "Het is mooi dat iedereen zijn eigen weg is gegaan, maar elkaar toch tegenkomt in het profvoetbal of daarbuiten. Joey Klare en Vlatko Lazic spreek ik nog weleens. Ik heb nog gevoetbald tegen Ben Rienstra en bij RKC speelde ik nog samen met Vurnon Anita. Dat vind ik mooi."
Een flink gedeelte van de C2 van 2002/2003 haalde uiteindelijk het profvoetbal. Volgens Büttner ligt dat ook aan een portie geluk én of je gezien wordt. "Er waren jongens in dit team waarvan ik dacht: die kunnen heel ver komen", geeft de Doetinchemmer toe. Eén naam schiet hem gelijk te binnen: Leandro Resida. "Hij was echt heel goed. Dat sloeg nergens op. Hij kon alles met een bal en dat was mooi om te zien." Resida speelde in Nederland onder meer bij FC Emmen, Telstar, RKC Waalwijk en VVV-Venlo. Verder voetbalde de inmiddels 33-jarige buitenspeler nog in Engeland en Thailand.
Als de huidig speler van De Graafschap enthousiast over zijn Ajax-periode spreekt, schieten de herinneringen door zijn hoofd. De linksback weet nog goed hoe hij in de D1 meedeed aan een zaalvoetbaltoernooi in Barcelona met tegenstanders als Real Madrid en Internazionale. "We speelden voor tienduizend man. Het is bijzonder dat je zoiets al op zo'n leeftijd mee mag maken. Daar moet je alleen maar van genieten."
Als D-pupil bleef nog één bijzonder moment hem bij. Voor aanvang van Ajax – De Graafschap in het jaar 2000 mocht hij in de ArenA als mascotte hooghouden. Na afloop van het balletje hooghouden kon de jonge verdediger op de foto met een speler naar keuze. Voor Büttner bestond er geen twijfel. "Rafael van der Vaart. Hij was mijn idool."
Vervolgstappen
Toen Büttner uiteindelijk ongeveer zeventien á achttien jaar oud was, merkte hij dat het niet meer mogelijk was om het voetbal bij Ajax en het vele reizen te combineren. De oplossing? Naar een gastgezin. "Maar dat wilde ik niet. Daarom heb ik gekozen om bij Vitesse te gaan voetballen."
In Arnhem brak de vleugelverdediger definitief door. Waar hij bij Ajax vooral als middenvelder werd opgeleid, zag Vitesse-trainer John van den Brom een linksback in Büttner. Op die positie maakte hij furore in het GelreDome en werd hij in seizoen 2010/2011 gekozen tot Vitesse-speler van het Jaar. Een jaar later speelde hij zich op de radar van het Manchester United van Sir Alex Ferguson. "Ik heb in verschillende nationale bekercompetities gespeeld, in de UEFA Champions League en ben kampioen geworden van Engeland. Dat pakt niemand mij meer af. Het was gewoon een droom, ik heb daar een geweldige tijd gehad."
Na Manchester United kwam hij via Dynamo Moskou, Anderlecht, andermaal Vitesse, het Amerikaanse New England en RKC uiteindelijk afgelopen zomer terecht bij de club van zijn geboortestad, De Graafschap.
Kaliber Ajax
Dat uitgerekend zijn huidige werkgever in de bekerloting werd gekoppeld aan Ajax, maakte de verdediger meer dan gelukkig. "Het is vooral mooi dat we tegen een tegenstander van het kaliber Ajax kunnen spelen. Het zal een geweldige wedstrijd gaan worden met een uitverkochte Vijverberg. We moeten alles geven om resultaat te boeken en iedereen moet duizend procent gefocust zijn."
